donderdag 15 juli 2010

Bangkok - Koh Samui 30/31 juli 2010

Vuurshow, 31 juli 2010, Chaweng

Lightning in Chaweng, 31 juli 2010, Koh Samui

Imperial Resort, 31 juli 2010, Chaweng

Imperial Resort, 31 juli 2010, Chaweng

Imperial Resort, 31 juli 2010, Chaweng

Muang Falls, 31 juli 2010, Koh Samui
Lamai Beach, 31 juli 2010, Koh Samui

Winkelen tijdens scooteren, 31 juli 2010, Mae Nam

Ochtendwandeling, 31 juli 2010, Mae Nam

Avondduik Fair House Hotel, 30 juli 2010, Koh Samui

Honeymoon Fair House Hotel, 30 juli 2010, Koh Samui

Aankomst Fair House Hotel, 30 juli 2010, Koh Samui

Uitzicht vanaf Lebua, 30 juli 2010, Bangkok

Wat Pho, 30 juli 2010, Bangkok

30 juli 2010: Bangkok - Koh Samui

We ontwaken in onze suite op de 24e verdieping in de State Tower in Bangkok. Een paar uur geslapen slechts, dus een petit peu wattig in het hoofd. Een korte wandeling door de immense suite naar het raam om de gordijnen te openen. De verzengend hete zon staat om 8 uur al aan de strakblauwe hemel. De stad vol lichtjes is veranderd in een beige/geel gekleurde brij van gebouwen met bosjes wolkenkrabbers, waarvan vele nog in aanbouw. Fijn, hier wordt nog gebouwd. Crisis of geen crisis. We maken ons na het sorteren van onze vuile was voor de laundry service en een baddersessie in de badkamer die het predikaat balzaal gerust mag dragen op voor The Grand Buffet.

Het Waldorf krijgt het moeilijk: de competitie is zwaar in de race om het meest gevarieerde ontbijtbuffet. Dim sum, rijsttafel, frans kaasplankje, belgische wafels, japanse sushi, eggs benedict, thaise viskoekjes, italiaanse hammen, gerookte zalm... De gong van het einde van het buffet is gegaan, maar met name Yves kan niet meer stoppen. We overeten ons en halen het toilet van de suite niet meer. Goed dat deze wereldreis geen 6 maanden duurt.

We zijn klaar voor de stad. We kruipen in de tuktuk. Op weg naar de Reclining Buddha. Daar waar de Japanners hun sars kapjes overdreven vaak dragen in een atmosfeer die nagenoeg overeenkomt met de Zwitserse Alpenlucht zijn dergelijke beschermmaatregelen geen overbodige luxe in Bangkok. Niet de enige broodnodige beschermmaatregelen trouwens: 1 op de 100 thai heeft hiv. Als een vis op het droge happen we naar lucht, ons een weg banend door de Co2 overvloed die Bangkok rijk is. We spoelen, nat van het zweet en zwartgeblakerd van de uitlaatgassen aan bij de Wat Pho. Zwetend lopen we door het tempelcomplex. Door het zweet in de ogen missen we op een haar na de hoofdattractie. De Reclining Buddha is immens, en ligt als een romeinse keizer op z'n zij. Alleen de voeten van deze Buddha zijn al 2 x zo groot als Yves. We gooien tempelmuntjes in de koperen bakken die achter de rug van de buddha liggen. We trekken de schoenen weer aan en houden een taxi aan. Voor een prikkie naar het hotel en dan door naar de airport, met een satelliettasje. We laten de koffers in het Leboa State Tower, we komen hier op 1 augustus weer terug.

Op het vliegveld wordt Martine bij de bagage screening plots tegen de muur gedrukt. De thai beveiliger schreeuwt, blij dat hij de vangst van het jaar binnen heeft. Een geweer aan boord? Maar dan begint hij nog harder te lachen. Scuba diven, yes? Tja. We hebben als bagage slechts 2 handdoeken en 2 snorkelsetjes mee. De vlucht naar Koh Samui is kort, maar net lang genoeg om in onze pas aangeschafte Lonely Planet lookalike te kunnen lezen waar we naartoe gaan. Een ooit ongerept paradijs op aarde, intussen door 1 miljoen (!) toeristen per jaar overspoeld. 21 bij 25 kilometer, 45.000 inwoners. Eenmaal geland ontberen we nog vervoer tussen airport en hotel. En we zijn iets heel belangrijks vergeten mee te nemen; de DEET. Het is weer muggentijd. Doet ons weer terug verlangen maar Yucatan. De bus naar het hotel is 400 Baht, mits nog 3 andere busklanten gevonden. De taxi is 600 Baht. De brommer is 300 Baht per dag. Voordat we onze mond opendoen is de prijs 250 Baht per dag. Het wordt dus de brommer. Als Annie en Bob de Rooij scheuren we naar ons resort, Fair House villa's. Nu al handig dat we geen koffers bij ons hebben. Een schattig onderkomen op een rustig deel van het eiland. Wel even wennen; de weg ernaartoe valt nog het beste te vergelijken met een sloppenwijk. Zwerfhonden, stank, krotten, het is niet erg fraai. Op het resort is de nacht bijna ingetreden en zwermen de muggen om ons heen. We vluchten - ondertussen aan alle kanten lekgestoken - naar het zwembad. Onder water zijn we veilig. In het donker lopen we het strand op, alwaar Yves met een luide kreet op zijn billen belandt. De bodem is bezaaid met padden. Bekomen van de schrik lonkt de zee. Vlak voordat we de ruisende zee betreden begint het zand te bewegen; we hebben dde krabben wakker gemaakt. Heldhaftig als we zijn doen we nog een poging, maar dan horen we gegrom. Witte tanden lichten op in het schijnsel van de maan: hier woont een schare zwerfhonden. Met de staart tussen de benen druipen we af, en gebruiken ons maaltje in het bijbehorende restaurant na een heerlijke thaise massage. Al mijmerend - ondertussen de muggen verjagend - nemen we het leven door. Het is weer mooi geweest voor vandaag. Morgen gaan we op zoek naar de watervallen...

31 juli 2010: Koh Samui

Om 5.15 uur openen wij al de ogen: we voelen ons moe, maar Martine kan de slaap niet meer vatten vanwege de warmte in de kamer. Ook Yves ligt te woelen: hij had al eerder die nacht de airco vol kouder gezet en zint nu op een manier de aansprakelijkheid van het hotel voor ons slaapgebrek vanwege een kapotte airco in klinkende munt om te zetten. Eigenwijs als ze is, checkt Martine de airco nogmaals, en dit keer niet geheel onterecht. De kaboutertjes hebben de airco op 30 graden gezet en met een ferme slinger aan de knop begint de airco ijskoude lucht te spuwen. Het leed is echter al geschied, Martine stelt Yves voor te gaan zwemmen in de pool, maar in het donker slaat Yves het aanbod af. Toch verjagen we om 5.45 uur de wilde honden, juigen we het opzwepende geluid van de kikkers toe en lopen wij over de desolate stranden van Mae Nam. Het enige teken van leven zijn de terugkerende vissers en de Thaise bejaarden, die naar clams zoeken in de branding. Het achterland is een rommeltje, bedekt onder een bos van palmen.

Na een fikse wandeling en een opvolgende Thaise massage wordt het rond 9.30 uur tijd voor het ontbijtbuffet. We zijn in Lebua verwend, maar ook dit buffet mag er wezen. Ook Kameel Urlings (Jordaanse uitspraak) vergezelt ons met zijn vriendin en wij rijden gezamenlijk met scooters het resort uit richting Chaweng.

We rijden echter zo hard dat we al ver voorbij Chaweng zijn, voordat we er erg in hebben, en ook de benzinetank blijkt leeg. Dan maar naar Lamai beach, ook geen straf: we drinken cappuchino om ons in te vechten in Winston resort en plonzen voor het eerst de goddelijke zee in. Hagelwit strand en 28 graden water doen ons in extase belanden. Met een duik in het zwembad verlaten we Lamai op zoek naar DE waterval van 80 meter verval op het eiland.

We scooteren op de linkerhelft van de weg en ontwijken de kuilen. Het eiland doet ons nog enigszins onderontwikkeld aan en Martine's handen jeuken om de boel weer van scratch af aan op te bouwen. Aangekomen in het zuiden parkeren we de scooter en verwachten we de waterval van Maong (2) te zien. Helaas, we moeten nog een half uur de berg oplopen alvorens dit wonder te aanschouwen. Alhoewel het ons toch enigszins als een touristtrap doet overkomen: elephantrides, palmcablerides, squadrides en andere attracties passerend, komen we via heuvels vol palmen en watervallen aan bij een uit de hand gelopen stroompje. Niet te vergelijken met de enorme stromen over ons voorhoofd, dus tijd voor een duik.

We rennen zo snel mogelijk naar onze scooter en knallen naar Chaweng. Hier werkt dezelfde truc bij Imperial resort & spa: 2 Margarita Pink in een prachtig resort aan het meest fantastische strand, gemoedelijk overlopend in turquoise water. Het zwembad is gevuld met zeewater. We besluiten te blijven hangen en ons in te schrijven voor het bbq-event op het strand. Al enigszins beschonken van de Margarita's en verguld van het paradijselijke plekje en elkaar, maken we ons op voor het bbq-feest, dat zorgvuldig door het personeel wordt voorbereid met vuurkorven en de plaatselijke Filippijnse band.

We zitten aan de zeekant en genieten van wijn, bbq, muziek, zonsondergang en feestverlichting, als het eerste gerommel zich aandient. Storm op komst? Het personeel verzekert ons van niet. Toch leidt het bij ons tot sneller eten, en niet geheel onterecht, want de lichtflitsen komen steeds dichterbij. Uiteindelijk wordt het personeel ongerust en alles wordt naar binnen geevacueerd. Wij zitten first row als het echte schouwspel begint: een ritmische Thai danst op housemuziek met vuurstokken, terwijl achter hem de lichtflitsen luister bijzetten. Met onze laatste krachten grazen we het buffet leeg en knallen met de scooter huiswaarts, voordat de storm losbarst. Na een praatje met Kameel - die tegelijk met zijn scooter in het hotel aankomt - over de vorming van het nieuwe kabinet groeten we onze kikkers met hun horny sound en kruipen wij onder het genot van een loeiende airco dicht tegen elkaar aan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten